Soms is het verleidelijk om te beginnen met het toevoegen van karakters en gewoon niet op te houden. Om je hoofdpersoon te begraven in talloze bijkarakters die de lezer ongetwijfeld bij kan houden – toch? Als ze maar een schriftje hebben en goed kunnen tellen, komt het vast goed. De wereld is immers gevuld met mensen, dus moeten onze boeken dat ook zijn.
Maar is dat wel zo? Is het leuk voor een lezer om zich af te vragen of ze iemand al moeten kennen? En blijft dat leuk, ook als een stortvloed aan namen volgt waarvan geen echt lang blijft?
Ervaring met tellen
Ik heb eerder al de iteraties van Declipse uitgelegd. Iets waar ik destijds geen aandacht aan besteed had, was de hoeveelheid bijpersonen. De hoofdpersoon was onderdeel van een groep van tweeëndertig jonge mannen en vrouwen. Allemaal waren ze voorzien van namen, een uiterlijk, een persoonlijkheid… en meer. Iedereen kwam wel eens langs om ‘hallo’ te zeggen. Ik had ze destijds allemaal uitgetekend, waardoor het makkelijk is om ze te tellen. Alles heb ik op mijn Deviantart geplaatst, wat de perfecte plaats is voor een dergelijk naslagwerk.
Die afbeeldingen zijn niet meer terug te vinden in de 47 pagina’s tellende gallerij.
Ik hield er destijds geen rekening mee dat een dergelijke cast onmogelijk te volgen is. Naast de 32 waren er nog tientallen kleinere rolletjes. Tientallen namen die op de lezer af kwamen met weinig tot geen consequentie. Het waren er verreweg te veel om ze allemaal uit te kunnen werken, al probeerde ik het wel.
Ik geloof graag dat ik leer van eerder gemaakte fouten. Het duurt misschien wat langer, maar uiteindelijk kom ik er wel. In de meest recente iteratie moesten dan ook significant minder karakters langskomen. Hoewel Alex, de hoofdpersoon, nog steeds met een vergelijkbare groep werkt, is de focus flink smaller gelegd. Voor Alex waren er uiteindelijk ‘slechts’ zeven mensen in zijn directe omgeving die regelmatig langskwamen. De mensen waarvan het de bedoeling was dat je ze uiteindelijk leerde kennen.
Natuurlijk waren er nog anderen op de achtergrond. Er zijn zeker meer mensen aanwezig… maar het kliekje van acht man is waar de focus op ligt. De rest spelen bijrollen en het is duidelijk dat ze er niet zijn om onthouden te worden.
Het werkt. Het is fijner om te lezen… en het maakt de andere hoofdpersonen draaglijker.
Er zijn namelijk nog twee hoofdpersonen die grote rollen spelen, elk met hun eigen cirkels. Het boek was immers in drie verhalen gesplitst, met een zekere overlap. Het is nog verre van perfect… maar we komen er wel. Hopelijk hoeven mensen niet op hun vingers én tenen te tellen bij het lezen van Declipse, uiteindelijk.
Het is een veelvoorkomend ding
Vooral in epic fantasy lijkt het snel te gebeuren. Tientallen karakters die de revue passeren en mee kunnen tellen, maar ook onbelangrijk kunnen zijn. De Stormlight Archive heeft tien hoofdpersonen: voor elk boek een om centraal te staan. Er zijn daarnaast nog meer dan genoeg namen om langs te komen. Hoewel de literaire lat laag ligt bij Sanderson, heb je een hoop om te onthouden.
Ook is het een klacht die ik heb gehoord over de Sword of Truth boeken. Het is een dikke serie boeken met een stevige schrijfstijl. Dat maakt het zeer moeilijk om te volgen, heb ik me laten vertellen. Zelf heb ik al tijden Stone of Tears op mijn bureau op kantoor liggen… het tweede boek in de serie. Misschien begin ik er ooit aan.
Ooit, als mijn TBR-lijst een beetje geslonken is. Ik moet weer eens tellen hoe veel boeken ik nog te gaan heb…
Maar ook in Science Fiction gebeurt het. Vorige week schreef ik nog over de Gaunt’s Ghosts serie, waarin je beter niet kan beginnen met tellen. De namen stapelen redelijk snel op, maar ze verdwijnen net zo snel weer. De wereld van Warhammer 40.000 er is niet een waarin je een lange levensverwachting kan genieten. Vele namen halen het einde van het verhaal waarin je ze ontmoet niet.
Op je tellen passen
Het is beangstigend eenvoudig om je groep belangrijke bijpersonen ongemerkt te laten groeien. Jim Butcher, bekend van de Dresden Files, schreef een karakter die maar één taak in één boek had. Tien verhalen later draagt de beste man een zwaard van god, gemaakt van een van de nagels van het kruis. Hij komt iets regelmatiger terug dan om te beginnen bedoeld was.
Dat is wat er gebeurt als je als schrijver verliefd wordt op je karakters… en allemaal doen we dat wel. Je leeft hun leven en hun strijd. Het is moeilijk om niet gehecht aan ze te raken.
Maar dit zorgt er wel voor dat je serie moeilijker en moeilijker wordt om te volgen. Naar mijn smaak is tien hoofd- en bijpersonen die regelmatig terugkomen een mooie maatstaaf. Natuurlijk kunnen er wel meer mensen langskomen in een verhaal, maar dat is de crew die je daadwerkelijk volgt. De mensen waar je mee betrokken bent en wiens lot belangrijk voor je is.
En als er dan na vijf boeken iemand dramatisch opnieuw geïntroduceerd wordt, kan er wel een samenvatting worden toegevoegd.