Waar de wereld van Declipse tot leven komt

Tag: Dagboek (Pagina 7 van 7)

Tijd om te schrijven!

Toen ik het verhaal voor Declipse: Revolutie ingepland had, was het wachten op November. De uitdaging waar ik voor ging was, zoals ik al een paar keer heb geschreven, NaNoWriMo. Het is een jaarlijks terugkerende schrijfwedstrijd waarin alle deelnemers worden uitgedaagd om een boek van 50.000 woorden of meer te schrijven. Ik doe al sinds 2010, met één of twee uitzonderingen, elk jaar mee.

Die ervaring heeft me geholpen om een zeker tempo te ontwikkelen. Als ik lekker aan het schrijven ben, dan ga ik hard. Heel hard. Mijn ouders hebben ooit betaald voor een typecursus en dat is geen verspild geld geweest. Ik schrijf tijdens November gemiddeld een hoofdstuk per dag.

Ter vergelijking: Brandon Sanderson is een auteur die ik veel lees en bekend staat om de Stormlight Archive boeken. Dit zijn pillen van 400.000+ woorden per stuk. In een goede week schrijft hij 4000 woorden.

Ik plan mijn hoofdstukken om minimaal 5000 woorden lang te zijn. Met de geest van de kwantitatieve uitdaging is dit een mooi doel per dag, naast het kwalitatieve doel dat ik zelf nastreef. Ik schrijf dan ook meer dan 5000 woorden per dag.

Hoe lang ben ik aan het schrijven?

Ik schrijf elke dag ongeveer 3 uur. Vanwege andere verplichtingen betekent dit dat ik aan het einde van de dag, na alle werkzaamheden, mijn avond besteed aan schrijven.

Ik slaag hier echter lang niet elke avond in. Schrijven gaat niet tijdens roleplayen, bijvoorbeeld, en ik wil nog wel contact houden met mijn vrienden. Naast de vaste avonden, echter, gaat alle tijd in het schrijven zitten.

Om die avonden die ik wel mis ‘goed te maken’, kan ik gelukkig tijdens weekenden en vrije dagen meer schrijven. Soms schreef ik wel zes hoofdstukken, dus 30.000 woorden, in een weekend. NaNoWriMo geeft een mooie grafiek met je voortgang en met een dergelijk tempo ziet die grafiek er zo uit:

Deze tabel laat zien hoe snel ik kan schrijven

Dat is veel meer dan 50.000 woorden.

Hier was ik me goed van bewust toen ik begon. Ik had Declipse: Revolutie gepland met een totaal van 30 hoofdstukken. Als ik elke dag mijn schrijfdoel zou halen, zou ik dus precies op 30 november klaar zijn. Ik had de proloog en de epiloog gepland voor de laatste dag, maar zelfs dat was niet nodig. Ik ging gewoon te hard.

Dat betekent niet dat alles van een leien dakje ging. De weekenden waren niet rustgevend, omdat ik ze als extra werkdagen behandelde. Ik was negen tot tien uur per dag aan het schrijven, waardoor de productiviteit niet fantastisch was. Het werd al snel duidelijk dat ik grenzen heb, zelfs voor een passie.

Het nadeel van een dergelijk tempo is ook dat er aardig wat foutjes insluipen. Ik schep graag op: zelfs zonder naar mijn werk te kijken, merk ik het als ik fouten maak tijdens het schrijven. Veel fouten pik ik er dus al uit tijdens het werk, maar aan het einde van de dag zitten er nog steeds genoeg in.

Dat is waarom je alles na moet kijken. Ik ben in het revisieproces na het schrijven een keer door het boek heen gegaan en heb de nodige fouten er uit gehaald. Toch heb ik het daarna nog eens aan mijn vrienden gestuurd. Zij hebben ook de nodige feedback gegeven…

Maar daar heb ik het volgende keer over!

Een eerste versie

Na een maand hard werk in 2022 had ik de eerste versie van Declipse: Revolutie op mijn computer staan. Hoe kwam ik daar terecht?

De eerste versie met NaNoWriMo

Als je meedoet aan NaNoWriMo, krijg je al snel de vraag om jezelf in te delen in één van twee categorieën: de Planner, of de Pantser (naar het gezegde ‘flying by the seat of your pants’). Daarnaast is er nog een derde tussenversie, de ‘Plantser’, maar ik doe niet aan poldermodelletjes. Je kan jezelf een mooie badge van je keuze geven die op je profiel te zien is. Op die manier kan iedereen zien hoe je eerste versie in elkaar zal worden gezet.

Voor de mensen die hun eerste versie plannen
Voor de mensen die hun eerste versie bij elkaar verzinnen

Zoals hierboven te zien is, beschouw ik mezelf als een planner. Vroeger, in mijn eerste boeken, was ik een echte pantser. Ik had een serie losse ideeën die ik uitschreef en improviseerde de stukken er tussenin. Het was een fantastische manier om mijn dagdromen uit te werken, maar echt samenhangende verhalen kwamen er niet uit. Het was het gewoon net niet voor mij.

Leren plannen

Met dit in mijn achterhoofd heb ik mezelf op een gegeven moment moeten leren hoe je een goed verhaal plant. De eerste versies van Declipse waren geschreven zoals ik hierboven beschreef. Ik schreef en ik schreef, maar ik had geen echt plan los van het bereiken van bepaalde momenten. Mijn dagdromen waren de belangrijkste sturing.

Deze oude versie heb ik nog wel als een leidraad gebruikt. Ik heb nog steeds bepaalde punten die ik in Declipse langs wil laten komen, immers. Daar staat tegenover dat ik met die kennis ook het nodige voorwerk kan leggen: een verhaal staat en valt bij wat je wel en niet aan kan zien komen. Een goede schrijver zorgt er voor dat plottwists geen volledige verrassing zijn, als de lezer oplet.

Met die wijsheid en de grote lijnen van het Declipse verhaal in mijn achterhoofd, heb ik Declipse: Revolutie kunnen vullen met blikken vooruit. Wel wilde ik voorkomen dat het een saai verhaal werd waarin alleen maar werd opgezet. De eerste versie van Declipse: Revolutie was dan ook gepland met een klassieke drie akten structuur.

Klassieker

De verdeling is een klassieker met een reden. Ik wend deze aan om mezelf te dwingen in bevredigende verhalen te denken: elk boek in de Declipse serie moet de rode draad dienen, maar ook haar eigen hoogtepunten en dieptepunten hebben.

Daarom heb ik de eerste versie van Declipse: Revolutie in drie brede stappen geschreven.

De eerste stap was de verdeling in drie akten: wat zijn de grote gebeurtenissen per akte? Ik heb drie karakters geschreven die elk in die structuur moesten worden gepast. Waar ze begonnen, waar ze eindigden, en hoe ze daar kwamen waren de belangrijkste dingen om te bepalen.

De tweede stap was het verdelen in hoofdstukken. Met de wetenschap van wat er in elke akte moest gebeuren, is het een kwestie van inschatten. Hoe splits ik de gebeurtenissen op over hoofdstukken op een manier dat de hoofdstukken gevuld en bevredigend aanvoelen? Heb ik genoeg materiaal om een hoofdstuk mee te vullen? Dit zijn allemaal vragen die ik in deze stap moet beantwoorden.

De derde stap is het schrijven van die eerste versie. In de loop van November schrijf ik aan de hand van die verdeling tussen de 150.000 en 170.000 woorden.

Dat alles voor een eerste versie?

Dit is natuurlijk een heel brede verdeling. Elke stap heb ik dagen aan gezeten om uit te werken. Een verdeling van hoofdstukken is niet te schrijven zonder te weten wat je wanneer wil vertellen, immers!

Uiteindelijk zag mijn document er ongeveer zo uit:

De samenvatting voor de eerste versie van Declipse: Revolutie!

Dit is natuurlijk een beetje gemeen van me: ik wil niet dat mijn hele verhaal nu al op het internet komt te liggen. Jullie gaan me moeten vertrouwen: deze vijf pagina’s zijn vertaald naar een boek van 170.000 woorden. Eén pagina met een ruwe beschrijving, vier pagina’s met gedetailleerde uitwerking. Hier had ik genoeg aan om alle belangrijke punten aan te kunnen raken. Dat betekent niet dat er tijdens het schrijven geen kleine pareltjes naar boven kwamen, natuurlijk… maar al het belangrijke stond er in.

Het schrijven zelf was een avontuur op zichzelf. Daar besteed ik volgende week aandacht aan!

Ik ben niet net begonnen…

Inderdaad, dit blog, de website, en rikgeuze.com waren geen onderdelen van het hele proces die ik voor ogen had toen ik mezelf voornam om in ieder geval te proberen om het manuscript, Declipse: Revolutie, te publiceren. Er is al aardig wat voorwerk uitgevoerd voor ik überhaupt de ambitie had om voor een traditionele publicatie te gaan met mijn laatste manuscript.

Het eerste manuscript was eind november 2022 afgerond. Sommigen zouden zeggen dat het manuscript eenduidig het meest belangrijke onderdeel is van het publiceren van een boek. Zonder manuscript geen boek, immers… maar ik ben van mening van niet.

Het reviseren is namelijk net zo belangrijk. De eerste revisies duurden bij mij langer dan het schrijven van het manuscript zelf en waren eind april klaar. Voor deze revisies heb ik het verhaal eerst even laten rusten, waarna ik het weer van voren af aan ben gaan lezen. Tijdens het lezen heb ik veelvoudig notities gemaakt, van zinnen die niet lekker liepen tot de loop van het verhaal zelf die hier en daar bijgewerkt moest worden. Vooral de laatste hoofdstukken hadden nog een hoop herschrijven nodig.

Na het doorlezen is een ronde van herschrijven over het manuscript gegaan. Ik ben al mijn notities in een semi-structurele wijze afgegaan (ik keek eerst naar de leuke hoofdstukken om te herschrijven) en heb die notities zo zorgvuldig mogelijk verwerkt. Waar een zin niet lekker liep, heb ik die aangepast. Waar woorden herhaald werden, heb ik synoniemen opgezocht.

Met de eerste revisies afgerond, begin mei, is het manuscript naar mijn vrienden gegaan om het door te lezen. Ik ben misschien zelf een groot fan van mijn verhaal, maar ik ben, op zijn zachtst gezegd, bevooroordeeld. Mijn vrienden zijn misschien niet volledig onbevooroordeeld, maar na de feedback die zij hebben gegeven kan ik één ding zeggen:

Ze zijn niet bang om keihard te zijn.

Ik had twee simpele instructies voor mijn vrienden: geef me alle feedback die je hebt en spaar me niet. Elke spelfout, elke stijlfout, alle commentaar op de loop van het verhaal en de karakters, ik wilde alles horen… dus ik kreeg ook alles te horen.

Op basis van die feedback ben ik voor aanzienlijke delen terug naar de tekentafel gegaan voor de delen waar ik me echt in kon vinden. Feedback is belangrijk, immers… ik bekijk alles door een roze bril.

Nu is de tweede revisie klaar. Ik heb alles nog eens doorgelezen, gecontroleerd dat er geen fouten in het verhaal in zijn geslopen dankzij de revisies… en nu wordt het tijd om alles voor te bereiden om op te gaan sturen.

Misschien wel het engste deel van het hele proces…

Declipse Manuscript Footer
Nieuwere berichten »

© 2024 rikgeuze.com

Thema gemaakt door Anders NorenBoven ↑