Waar de wereld van Declipse tot leven komt

Categorie: Schrijven (Pagina 4 van 4)

Waar komt mijn snelheid vandaan?

Tijdens November krijg ik vaak de vraag hoe ik mijn snelheid haal. Veel mensen krijgen hun hoofd er niet omheen dat ik in November meer dan 5000 woorden per dag schrijf. In context vinden mensen het vaak nog bijzonderder: Harry Potter and the Philospher’s stone is 76.944 woorden lang. In theorie zou ik de Steen der Wijzen dus in 15 dagen schrijven.

Waar haal ik dat tempo vandaan? Daar heb ik een paar trucjes voor!

Typen

Schrijven is typen en typen met snelheid is schrijven op tempo. Typen is me niet altijd zo eenvoudig afgegaan: op de basisschool maakte ik mijn werkstukken op de computer, maar snel ging het niet. Ik zocht van letter naar letter, waardoor langere stukken een eeuwigheid duurden. Soms was ik een dag bezig met een pagina en ik raakte die ‘k’ steeds maar kwijt.

Je onthoudt soms de gekste dingen.

Mijn vader was heel erg van de computers, dus het werd aangemoedigd om dit vol te houden. Mijn werkstukken staken met kop en schouders boven de rest uit met hun WordArt titels… alleen het uitwerken duurde zo lang! Uiteindelijk hebben mijn ouders me op een cursus gezet. In de tijd dat we nog regelmatig met floppydiscs werkten, ging ik één keer per week naar school.

Tenminste, een andere school dan ik gewend was. Daar kreeg ik wekelijks een typecursus die ‘Beide Pinken Interactief‘ heette. Zoals de naam suggereert was het een cursus om alle vingers aan het werk te zetten tijdens het typen. Met een blaadje dat ons vertelde welke vinger voor welke letter was gingen we aan de slag. De eerste letter was de F. Alles daarna… is vanzelf gekomen.

Het haalde zeker de nodige resultaten. Ik kon uiteindelijk blind typen, waardoor mijn eerste schrijfneiging aangewakkerd werd. Omdat het geen eeuwigheid meer duurde, kon ik opeens meer schrijven. Ik kon aan de slag gaan om alles dat in mijn hoofd zat er uit te werken.

Het tempo kwam vanzelf. Ik kon typen zonder te kijken, ik herkende het zelfs wanneer ik een foute aanslag maakte. Het enige dat ik hoefde te doen was daar snelheid in krijgen. Dat was een kwestie van oefenen.

Voorwerk werkt snelheid in de hand

Vroeger schreef ik het eerste dat in me op kwam. Er was geen planning en er waren geen draden die later bij elkaar zouden komen. Mijn snelheid van 5000 woorden per dag komt uit die tijd: ik moest vaak stoppen om na te denken. Het is dan ook geen toeval dat ik in die tijd nog werkeloos was, of nog studeerde. Ik had de tijd om hele dagen te besteden aan het schrijven van die 5000 woorden.

Tegenwoordig piep ik echter wel anders. Afgelopen NaNoWriMo heb ik, ondanks een fulltime baan, dezelfde doelen gehaald. Ik heb al mijn avonden besteed aan schrijfwerk, maar ik had niet half zo veel tijd om te twijfelen.

Al het twijfelen, nadenken, en overwegen had ik vóór November al gedaan. Het document met mijn gehele verhaallijn bestond al weken voor November begon. Ik heb al eerder over dergelijke documenten geschreven. Per hoofdstuk beschrijf ik de belangrijke punten die aangestipt moeten worden, zodat het nadenken tot een minimum beperkt hoeft te worden. Met die materialen en mijn eigen tempo zijn 1000 woorden per half uur opeens haalbaar. Dat komt neer op ongeveer 2,5 uur per dag, wat netjes in een avond past.

Enthousiasme

Dat tempo is wel slopend. Het moet volgehouden worden, of je valt al snel af. Die 5000 woorden per dag zijn niet haalbaar als ik het verhaal niet voel.

In 2014 en 2015 schreef ik twee boeken waar ik niets voor voelde. Desert Sand, in 2014, lukte niet, ik voelde de karakters niet, en het klikte gewoon niet met mij. Ik had toen de volle 30 dagen nodig voor 80.000 woorden.

Het jaar daarop schreef ik Fireteam, een spirituele opvolger op Death’s Messengers, met nieuwe karakters. Het was een duister verhaal met hoofdpersonen die ik actief haatte. Ik haalde het absolute minimum van 50.000 woorden maar net: 50.627. Ik moest vechten voor elk woord. Het verhaal dat ik uiteindelijk neergezet heb is gevuld met machismo, testosteron, en afkeer voor alles dat leeft. Het haalt geen heel hoog niveau.

Voor A Cage for Horrors heb ik mezelf daarentegen opgezweept. Ik heb nagedacht, gefantaseerd, en de karakters in mijn hoofd tot leven laten komen. Cadence en Darryl hoefden geen persoonlijkheid meer te krijgen, die hadden ze al. Ik was enthousiast en ik voelde dat ik er klaar voor was.

En toch was ik tegen het einde bijna klaar om de handdoek in de ring te gooien. Mijn enthousiasme was opgepeuzeld door de uitputtingsslag van November.

Maar is deze snelheid goed?

Nee.

Zoals de laatste paragraaf suggereert, was ik op. Aan het einde van November, na 25 dagen geen rust te hebben gekend, wilde ik niet meer. Mijn productiviteit tijdens de laatste dagen was merkbaar lager dan aan het begin.

Ik verwacht dat ik de laatste vijf hoofdstukken volledig ga moeten herschrijven. Waarschijnlijk schrap ik de helft. 150.000 woorden schrijven in 30 dagen is geen pretje.

Toevallig las ik vandaag de State of the Sanderson. Het is de jaarlijkse terugblik van Brandon Sanderson op wat hij heeft bereikt, en wat hij gepland heeft voor de nabije toekomst. Dit jaar schreef hij dat hij, in een goed jaar, ongeveer 300.000 woorden schrijft.

Dit komt van de man die stiekem vier extra boeken had geschreven. De man die al 18 jaar succesvol boeken uitgeeft en goed leeft van zijn schrijfwerk. Hij is door en door ervaren.

Hij schrijft kwaliteit, niet kwantiteit.

Het is leuk dat ik zo veel kan schrijven, maar het is niet realistisch. Het is iets waar ik aan ga werken… vooral omdat November er wel gewoon weer aan komt.

Ieder jaar leer je meer. Dit blog heeft me tot nu toe een hoop inzichten gegeven. Inzichten die ik ga gebruiken!

Vloeken in verhalen

Vloeken is iets waar mensen verschillende meningen over kunnen hebben. Bijna iedereen doet het wel eens, maar er zijn maar weinig mensen die het echt waarderen. Voor velen is vloeken dan ook helemaal niet nodig. Vloeken komt zo veel voor dat een wereld zonder gevloek bijna ongeloofwaardig is.

Ik hoor bij de groep mensen die het liefste een verhaal leest waarin het niet nodig is. Ik kan gevloek alleen waarderen als het voor effect wordt gebruikt. Het is vermoeiend om een verhaal dat gevuld is met ‘fucks’ en ‘shits’ te lezen. Dat, terwijl een goeie vloek op het juiste moment nou net zo veel kracht bij kan zetten.

Goed vloeken bestaat.

Een vloek is een uitroep van frustratie, of een versterker. Een braverik, die altijd hun best doet om netjes te doen, die opeens vloekt, valt direct op. Wanneer een karakter onverwachts getroffen wordt, kan een vloek hun onvrede of schok duidelijk maken. Als er eindelijk een druppel is die de emmer doet overlopen, kan een serie vloeken het einde van het geduld aanduiden.

Ik ben vooral van die laatste een fan. Een uitspraak versterken met een vloek trekt de aandacht. Dit is iets dat je regelmatig terug ziet komen, ook in dagelijks gebruik. ‘Dat is fucking slecht’, bijvoorbeeld. Veel mensen kijken hier op neer, maar je ziet het elke dag.

Vloeken leren we al van kinds af aan.

Met dank aan Target

Wat hierboven staat is een ander voorbeeld. Donald Duck staat bekend om driftbuien, die met veilige combinaties van leestekens worden weergegeven. Ik heb het nooit gewaardeerd, omdat het de kracht van zijn driftbuien onderuit haalt. De woedeaanvallen hebben geen kracht meer, omdat je ze drie of vier keer in een uitgave ziet gebeuren. Het gebeurt en we zijn er aan gewend. Het is een karaktereigenschap. In zijn geval zou het eerder opvallen als hij een moeilijke situatie kalm en rationeel te lijf gaat. Je vraagt je dan af wat er mis is.

Het is het exacte tegenovergestelde effect, maar toch is het effectief.

Wat doe je met een fantasiewereld?

Je ziet vaak dat vloeken ontstaan door de samenleving waarin je opgroeit. Elke taal doet het weer anders. Ik noem geen voorbeelden, maar ik denk dat we het allemaal wel in kunnen denken.

Met dat in het achterhoofd, is het vreemd om een karakter in een fantasiewereld onze vloeken te zien gebruiken. De samenleving waar we over lezen heeft misschien nooit besloten dat een ziekte een goeie, versterkende uitroep zou kunnen zijn. Deze mensen hebben misschien nooit gekozen om seks te gebruiken voor hun uitingen van woede. Uitwerpselen zijn nooit een teken van frustratie geweest.

Toegegeven, misschien heeft die samenleving wel nooit besloten om te vloeken. Dat is echter niet het punt waar ik naar toe aan het werken ben.

In verschillende werelden zijn er verschillende indrukken. Deze zijn op verschillende manieren te vinden en ik ben er in het werk voor A Cage for Horrors in gedoken.

Noem eens wat voorbeelden.

De boeken van Brandon Sanderson bieden meerdere voorbeelden. In zijn Skyward serie vind je het woord ‘Scud’, wat op verschillende manieren wordt gebruikt. ‘Scud’ is een uitroep op zich, maar wordt ook vervoegd tot ‘scudding’ ter versterking. Het betekent niets, maar je weet dat het een vloek is. Een ander karakter, dat opgegroeid is in een andere samenleving, gebruikt ‘scrud’. Het is een beetje anders, maar toch is het direct duidelijk dat het van een vergelijkbaar soort mens komt.

In de Stormlight Archive heb je ‘Storming’, naar de storm die constant door het land raast. Het is allemaal van toepassing op wat de karakters kennen. Ze leven onder de druk van deze storm, die ze ook als een god beschouwen. Het afroepen van de storm heeft een religieuze betekenis voor deze mensen.

En dat brengt me naar Gaunt’s Ghosts, van Dan Abnett, in het universum van Warhammer 40K. De mensen van Tanith gebruiken ‘Feth’ in elke vorm en vervoeging. Je ziet ‘Feth’ langskomen, ‘Fething’ als een versterker… maar ook een belediging in ‘Fethwipe’ en ‘Fether’. Het is een heel veelzijdig woord met allerlei vervoegingen. Later in de serie leer je dat ‘Feth’ de naam van de godin van hun planeet is, een letterlijke verwensing. Dat laat je misschien wel nadenken over de beledigende vormen…

Als laatste voorbeeld zijn er de Dresden Files, de boeken die ik op dit moment actief lees. Deze boeken spelen zich af in modern Chicago, maar toch heeft Jim Butcher gekozen om de boeken ‘netjes’ te houden. De vloeken in deze boeken zijn meer verwensingen: ‘Hell’s bells’, ‘Stars above’ en ‘Empty night’. Het zijn uitroepen die karakters in woede of frustratie maken, in plaats van versterkende woorden. Die vallen alleen in uitzonderlijke gevallen.

En hoe vloeken mijn mensen?

Afhankelijk van mijn verhaal, vloeken mijn karakters verschillend. Declipse speelt zich af in onze samenleving (het verhaal begint in 2017) en de hoofdpersonen zijn hoofdzakelijk tieners, dus ik hoef niet heel origineel te zijn. Ze vloeken zoals ik dat zes jaar geleden ook deed, hoewel zij een stuk netter gebekt zijn. Af en toe valt er wel een ‘shit’, als Alex echt verrast wordt, maar verder valt er niet heel veel.

Voor A Cage for Horrors heb ik echter besloten dat dat niet volstaat. Ik maakte het mijn doel om wat origineler te zijn dan dat en heb mijn voorbeelden er bij gepakt. De voorbeelden die ik hierboven beschreef waren mijn grootste leidraad voor mijn originele vloek, dus:

  1. Het mag geen directe betekenis hebben in ‘onze’ samenleving;
  2. Het moet goed te vervoegen zijn voor verschillende doelen;
  3. Eén enkele vloek volstaat niet. Er moeten meer dingen zijn;
  4. Verwensingen zijn ook toegestaan.

Uiteindelijk ben ik op twee dingen uitgekomen, een vloek en een verwensing.

Het woord ‘Klug’ schoot mij op een gegeven moment in de douche te binnen. Het bekt lekker, je kan het agressief uitspugen, en het laat zich goed vervoegen. Bijna elke variant van ‘Feth’ van hierboven is ook op ‘Klug’ toe te passen. Het enige dat ik echt jammer vind, is dat ik (nog) geen goeie uitleg voor het woord heb kunnen geven. Het staat nog open voor allerlei mogelijkheden, in ieder geval tot ik die kans heb gepakt.

Daarnaast had ik een verwensing die ik heel goed kon uitleggen. ‘Saints above and Demons below’ valt regelmatig, ook met verschillende permutaties. De religie die dat suggereert heeft een zekere invloed op het verhaal en vormt een leidraad voor enkele karakters. Ik leg op toepasselijke momenten in het verhaal de uitroep en elementen van de religie uit. De verwensing is daardoor een stuk meer gaan leven in mijn verhaal dan de vloek, die soms wat geforceerd overkomt.

Concluderend

Vloeken is moeilijk. Het is onmogelijk om te winnen, omdat mensen het niet waarderen als ze het lezen, maar het missen als het er niet is. Het is de basgitaar van de literaire wereld.

Maar verdomme, we doen het graag.

Eerdere verhalen

Als ik over mezelf vertel, is mijn opening bijna altijd hetzelfde. Ik schrijf al tijden. Jarenlang ben ik al woorden achter elkaar aan het zetten. Verhalen ontstaan in mijn hoofd en ik kan niet anders dan ze naar buiten te laten. Zelfs op deze website begin ik op een soortgelijke manier.

Maar Declipse is niet mijn enige schrijfwerk. Ik heb meerdere folders op mijn PC staan die ik nooit weg zal gooien. In deze folders staan eerdere verhalen, inspiratie, en notities van verhalen die ik ooit begonnen ben. Veel van die notities en verhalen hebben nooit het daglicht gezien, los van pdf documenten voor mijn vrienden.

De verhalen die ik vroeger schreef, noem ik ook wel mijn ‘oude schandes’. Hoewel het goed lopende verhalen zijn, ben ik van mening dat ze onderdeel van mijn leerproces waren. Ik kan heel goed laten zien hoe ver ik ben gekomen door die documenten weer naar boven te halen.

Wat voor verhalen heb je dan geschreven?

Er was de HELMET serie, de boeken die ik als eerste voor NaNoWriMo heb geschreven. HELMET was de naam van de organisatie waar de hoofdkarakters voor werkten en vormde een parallel voor Declipse. Het enige verschil was dat de hoofdpersonen, in plaats van commando’s op de grond, gevechtspiloten in de lucht waren. Deze boeken werden geïnspireerd door de H.A.W.X. games, die ik destijds veel speelde.

In de boeken is hoofdpersoon Darren Oliver genoodzaakt om zich als piloot bij de onafhankelijke militaire eenheid HELMET te voegen. Hier neemt hij de schuilnaam Exile aan, om zijn gesloten persoonlijkheid te complimenteren.

In het eerste boek vliegt hij samen met Goldie en Crunch, waarmee hij het titulaire team Bright Dawn vormde. Het boek zette een mysterieus wapen op dat Exile zijn vliegtuig en Goldie haar leven kostte.

Het tweede boek gaat verder na het uit elkaar vallen van Bright Dawn. Exile gaat verder met een nieuw teamlid, Black Widow, in het team Death’s Messengers. Het verhaal van het mysterieuze wapen gaat verder en wordt ook ‘opgelost’, hoewel een heleboel vragen open worden gelaten. Dit boek is een voorbeeld van een verhaal waar ik van heb geleerd.

Deze HELMET boeken zijn de verhalen waarvan een aantal daadwerkelijk zijn gedrukt. De eerste twee, Bright Dawn en Death’s Messengers, prijken in mijn kast.

Mijn eerste verhalen!

Daarnaast heb ik ook nog Flying Light geschreven, bedoeld als een afsluiter van de trilogie van Exile. Ik wilde een verhaal vertellen waarmee ik de onzekerheden van het tweede verhaal niet op kon lossen. Met die reden in het achterhoofd, en omdat de uitgeverij die de boeken heeft uitgebracht tegenviel, heb ik hier nooit werk van gemaakt. Misschien kom ik ooit nog eens naar deze verhalen terug.

In het Engels

Er was ook een tijd dat ik verhalen in het Engels schreef. Ik bracht veel tijd door in internationale gemeenschappen en wilde voor die mensen schrijven.

Zo heb ik Physokinetic geschreven. Het was mijn eerste poging om een fantasy verhaal te schrijven. Ik heb in de aanloop naar November verschillende notitieboekjes gevuld met notities en deze in 91.000 woorden verwerkt in het verhaal van Kasey Norton. Het was een verhaal waar ik destijds veel voorbereiding in heb gestoken.

Kasey is een heavy metal zanger die er achter komt dat hij het onderwerp van een legende is. Hij wordt klaargestoomd om die legende waar te maken, waarbij hij leert om de wetten van de natuur naar zijn hand te zetten. Hij leert over de schaduwsamenleving van de mensen die hem verafgoden en hoe die samenleving verdeeld is in een burgeroorlog. Aan het einde van het verhaal vernietigt hij zelfs de bron van zijn krachten, epische wezens die het universum zouden vernietigen als ze de kans zouden krijgen.

Daaropvolgend kwamen nog Tamer en Hangman’s Daughter, twee verhalen die de nasleep van de evenementen in Physokinetic verkennen. Tamer volgt Noah Walker, die er achter komt dat ontelbare wezens vast zijn komen te zitten op Aarde na de vernietiging van de wezens. Terwijl hij dit onderzoekt, leert hij van de ondode god die zijn terugkeer plant in de chaos die is veroorzaakt tussen dimensies. Hangman’s Daughter volgt Emma Marding, een nakomeling van de ondode god uit Tamer, die er na het werk van Noah op uit gaat om de dood van haar vader permanent te maken.

Minder succesvolle verhalen

Ook heb ik in het Engels geschreven over de Motherships. Deze verhalen spelen zich af op een continent waar stoomkracht uitgebreid wordt toegepast in de samenleving. Wat de meeste mensen, inclusief de hoofdpersoon Bydys Awd, niet weten, is dat deze toepassingen zijn gegeven door aliens. Deze aliens hebben de controle over de Moederschepen, enorme vliegende steden die de helft van de bevolking van het continent bevatten.

Het verhaal was gepland om een tweeluik te vormen. Het eerste boek zou Bydys naar een van de Moederschepen leiden met de wetenschap dat er iets mis is. Hij zou een vreemd neergestort luchtvaartuig vinden met uitzonderlijke technologie. In het tweede boek zou hij in een Moederschip achter de waarheid komen en een oplossing hier voor vinden. Ik wilde de moraliteit van de aliens ambigu houden, dus een ‘oplossing’ zou niet direct het verwijderen van de aliens betekenen.

Maar helaas voelde ik dit verhaal niet. Toen ik het eerste boek had uitgeschreven, merkte ik dat ik er blij mee was dat het af was. Ik wilde er niet naar terug om te reviseren en herschrijven. Het verhaal heeft stevig wat werk nodig, of ik kan elementen pakken die ik wel vond werken en die verwerken in andere verhalen.

Combineren is ook een vorm van groeien, immers!

En verder?

Dit zijn enkel de verhalen die ik helemaal uit heb geschreven vóór ik serieus met dit blog begon. Zo is er ‘A Cage for Horrors‘, het verhaal dat ik voor NaNoWriMo 2023 schrijf. Dat begon ooit als een enkele regel in mijn notities en een aantal tekeningen in een heel oude map op mijn PC. Daar vertel ik in een later blog graag meer over.

Als ik niet goed weet wat ik precies wil, dan kan ik mijn oude mappen in. Ik kan kijken naar de dingen die ik vroeger tof vond en die met een kritisch oog beoordelen. Ik zal de laatste zijn die oude en nieuwe inspiratie zal laten schieten.

In de toekomst typ ik ongetwijfeld weer iets nieuws. Ik vind wel iets dat mijn gedachten bezighoudt en waar mijn vingers van beginnen te dansen.

Tijd (en zin) vinden om te schrijven

Het is niet altijd even makkelijk om tijd te vinden voor één hobby, laat staan voor meerdere. De welbekende ‘muse’ is niet altijd beschikbaar als er tijd is, waardoor andere dingen voorrang krijgen. Sommige mensen ruimen op, andere mensen koken, en weer anderen hebben videogames.

De bovenstaande opsomming is natuurlijk verre van compleet. Er zijn duizend-en-één dingen die tijd vreten en allemaal zijn ze even aanlokkelijk als het even niet lukt. Tijdens het schrijven van deze inleiding alleen al heb ik LinkedIn geopend, de 3d-printer gecontroleerd, en ben ik even naar de koelkast gelopen.

En dat terwijl dit een van de weinige momenten is dat ik kan schrijven. Het is zaterdagavond en ik heb een lange, fijne dag achter de rug op scouting. De werkweek hiervoor was lang, maar ik ben gelukkig goed uitgerust. Vanavond is het moment om te produceren, maar het gaat gewoon niet. Hoe doe ik het dan? En hoe kan een ander het ook?

Ja, ik schrijf deze blogjes vaak vooruit. Ik vind het belangrijk om op vaste momenten te publiceren, zodat ik wat vooruit kan werken!

Tijd om te schrijven!

Tijd voor een doel

Er zijn maar weinig mensen die de luxe hebben om van hun schrijfwerk ook daadwerkelijk hun werk te kunnen maken. Dat betekent dat voor de rest van ons plebs het schrijven in de vrije tijd moet gebeuren. Daardoor is het belangrijk dat het schrijven leuk is, of in ieder geval voelt als een nuttige besteding van die beperkte vrije tijd. Als het gevoel bestaat dat het niet nuttig is, dan verlaat de zin ons al snel.

Tijdens NaNoWriMo geef ik mezelf helemaal over aan het schrijfproces. Elke vrije dag staat volledig in het teken van schrijven en zelfs op werkdagen is het einde van de dag, ongeacht hoe moe ik ben, volledig volgepland. Produceren, dat is wat ik moet doen.

Maar NaNoWriMo is een doel. Met een doel kan ik focus vinden en geef ik me over aan het proces. Ik weet wat ik wil bereiken: ik wil een verhaal neerzetten. Elke dag brengt me een hoofdstuk dichter bij dat verhaal. De zin ontstaat dankzij het verhaal in mijn hoofd dat er uit wil.

Met die motivatie kan ik naar mijn agenda kijken. Ik kan kijken wanneer ik geen afspraken heb, wanneer ik een dag voor mezelf heb. Lang niet iedereen heeft zo veel van die momenten als ik, maar het werkt voor mij. Met die motivatie wil ik de tijd ook vrijmaken om te schrijven. Zo ook vanavond: ik wilde heel graag een stukje schrijven over mijn proces.

Zo meta.

Tussendoor schrijven

Een schrijver van NaNoWriMo ontvangt tijdens November regelmatig motiverende emails. Deze emails worden geschreven door professionele auteurs, mensen die weten hoe het is om te schrijven. Een van de adviezen die ik in die periode heb ontvangen is me altijd bijgebleven: schrijf wanneer je kan.

NaNoWriMo is een uitdaging om 50.000 woorden in 30 dagen te schrijven. Dat komt neer op een gemiddelde van 1.667 woorden per dag, wat de opgave opbreekt in behapbare stukken. Ter perspectief: de meeste van mijn blogjes zijn tussen de 500 en 700 woorden lang… zo veel is het niet!

Daarom wordt aangeraden om tussendoor te schrijven. Een paragraaf op het toilet, een scene tijdens de lunch, een dialoog terwijl je kookt. Elk beetje vrije tijd kan worden aangewend om je verhaal te schrijven. Alle kleine beetjes bij elkaar opgeteld vormen nog steeds een significante vooruitgang op het verhaal.

De exacte uitwerking van deze methode, zoals die wordt voorgeschreven, werkt voor mij niet. Ik win geen tijd door tussendoor daadwerkelijk aan mijn manuscript te werken.

Ik denk ook niet dat mijn baas het zou waarderen!

Maar ik dagdroom wel. Ik fantaseer een eind weg tussen verplichtingen door. Tijdens die momenten werk ik al de loop van hoofdstukken uit, misschien zelfs stukken tekst die ik wil verwerken, en sla ik dat op in mijn hoofd. Ik heb nu al een goed idee van de vorm van de proloog voor het vervolg op Declipse, bijvoorbeeld. Ik ga dit jaar in afwachting van de uitgevers die een manuscript hebben ontvangen geen Declipse vervolg schrijven. Toch ben ik er, dankzij dat dagdromen, al op voorbereid. Tijdens de schrijfmaand doe ik hetzelfde.

Tijd winnen op andere manieren?

Ik heb hierboven maar twee manieren echt beschreven. Het zijn de mildere manieren, de manieren om tijd te maken naast gewone werkzaamheden.

Maar er zijn mensen die extremer te werk gaan. Ik heb gehoord van mensen die vakantiedagen opsparen voor November, om zich volledig te concentreren. Er zijn mensen die zich afsluiten van alles en iedereen en zelfs hun sociale leven laten varen om te schrijven.

Ook zijn er mensen die de volledig andere kant op gaan. Mensen die tijdens November gewoon verder werken aan hun project en wel zien waar ze komen. Deze mensen maken zich geen zorgen over de uitdaging en vertrouwen er op dat het wel goed komt. Ze gebruiken NaNoWriMo als een excuus om met andere schrijvers samen te werken en een goede tijd te beleven.

Er is geen oplossing die altijd en voor iedereen werkt. Als die wondermethode zou bestaan zou iedereen die toepassen, maar helaas bestaat die niet. In plaats daarvan doen we wat voor ons werkt. We pakken de tijd die we kunnen en willen investeren.

Er bestaat geen verkeerde methode. Als het voor jou werkt, dan is het iets dat je vol moet houden. Ik doe ondertussen wat voor mij werkt.

En met zijn allen kunnen we de wereld voorzien van meer verhalen. Er zijn nooit genoeg verhalen.

Nieuwere berichten »

© 2024 rikgeuze.com

Thema gemaakt door Anders NorenBoven ↑